Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hij zal niet [55]rijk worden, en zijn vermogen zal niet bestaan; en [56]hun volmaaktheid zal zich niet uitbreiden op de aarde. 55. Te weten, voor een langen tijd; want zijn goederen zullen hem niet beklijven, gelijk de volgende woorden verklaren. 56. Dat is, der bozen heerlijkheid, rijkdom en verheven staat, waardoor zij schenen volmaakt te wezen.